Loopbaanonderbreking

Daar zat ik dan aan mijn bureau… met thuis een kindje van een maand of 10 en zwanger van nummertje twee, toen een mannelijke collega het woord ‘loopbaanonderbreking’ uitsprak.
Even wist ik niet goed wat ik hoorde. Ja, natuurlijk wist ik wat loopbaanonderbreking was (of toch ongeveer). En uiteraard kende ik wel mensen die ervoor kozen om wat langer thuis te blijven van hun werk, om uiteenlopende redenen. Alleen had ik die mogelijkheid nog niet eens overwogen.

Destijds werkte ik drie dagen per week. Gwen bleef gewoon thuis bij mijn man, die zijn werk daarnaar regelde. Afspraken buitenshuis plande hij in op de dagen dat ik niet werkte. En als het al eens voorviel dat hij weg moest terwijl ik aan de slag was dan kon ons meisje bij mijn ouders terecht.
Die regeling werkte prima… met één kindje. Maar wat als nummertje twee er was?

Het duurde nog een poosje voor ik wat meer informatie over loopbaanonderbreking zocht, maar het idee was geplant. En het groeide langzaam.

Naarmate de tweede zwangerschap vorderde, genoot ik steeds bewuster van de momenten met Gwen. Ons enig kindje zou immers snel grote zus worden en dat betekent sowieso verdeelde aandacht.
Ik betrapte me steeds vaker op de gedachte hoe zalig het zou zijn om fulltime bij Gwen te kunnen blijven. En tegelijkertijd op de angst voor een wel zeer klein wordende leefwereld.
Hoe langer hoe meer voelde ik mezelf heen en weer getrokken worden tussen als die pro’s en contra’s die ik voor mezelf maar kon verzinnen… tot mijn man me een heel eenvoudige vraag stelde.
“Als je nu, op dit moment, zou moeten kiezen: loopbaanonderbreking en een jaar thuis bij onze twee kindjes of terug gaan werken als ons jongste dochtertje nog geen half jaar is… waarvoor kies je dan?”
Ik wist het meteen.

Op het werk liepen de reacties uiteen.
De ene collega vond dat ik groot gelijk had. Zij had vroeger de kans niet gehad om thuis te blijven toen haar kindjes zo klein waren en ze had het zéker gedaan als het kon.
De andere vond het knap dat ik zo’n – toch wel grote – beslissing nam en uitte langs haar neus weg de bezorgdheid dat ik misschien op een gegeven moment tegen de muren zou oplopen.
Nog een andere collega begreep het helemaal niet, of beter: ze had het nooit van mij verwacht dat ik zo’n drastische stap zou zetten om gedurende minstens een jaar helemaal niet meer te werken.

Naarmate de bevalling naderde, genoot ik steeds meer van het idee dat ik nadien lekker lang dichtbij onze meisjes kon blijven. Hoe je het ook draait of keert, het moederschap is voor mij dé rol van mijn leven. Dat had kleine Gwen me al snel duidelijk gemaakt.

Maya is nu 14 maanden oud en binnen een paar weken loopt de termijn af waarbinnen ik mijn loopbaanonderbreking met een jaar kan verlengen.
Die beslissing nemen, voelde heel anders. Ja, ik woog de pro’s en contra’s tegen elkaar af. Ja, ik praatte erover met heel wat mensen. Ja, ik stelde me mezelf al weer voor achter mijn bureau. En ja, het weerzien met sommige collega’s zou heel hartelijk zijn.
Als ik heel eerlijk ben, echter, wist ik al een hele lange tijd dat ik die verlenging zou aanvragen.

Vorige week nam ik Maya mee voor een bezoekje aan mijn werkplek.
Het was al bijna een jaar geleden dat we er – samen met grote zus Gwen – voor de eerste keer waren. Hoog tijd dus voor een rondje met mijn jongste dochter langs heel wat collega’s!
De brief met mijn officiële aanvraag tot verlenging van mijn voltijdse loopbaanonderbreking heb ik ook maar meteen afgegeven.

En dan is het afwachten hoe ik er binnen een jaartje over denk: terug gaan werken of nog een jaar verlenging aanvragen.
Want Gwen kan ik in november rustig laten beginnen aan haar schoolloopbaan. Mama is toch thuis, dus kan mijn oudste meisje starten met halve dagen en op haar eigen tempo evolueren naar hele dagen in de kleuterklas.
Diep vanbinnen wil ik dat Maya ook heel graag gunnen.
En die mag in februari 2014 naar school. Dat zou dus willen zeggen dat ik er een derde jaar loopbaanonderbreking achteraan moet plakken.

Eerst volop genieten van nog een jaartje bij mijn twee geweldige meisjes.
De rest zien we later wel.