Hoofd en Hart

Heb ik – bewust of onbewust – mijn gevoel uitgeschakeld toen de sneeuw op zijn zwartst was? Misschien wel, ja.

Die enige sessie bij een psychotherapeute levert me een inzicht op: er is een ‘disconnect’ tussen mijn hoofd en mijn hart. Ze stuurt me naar huis met de boodschap dat ik een sterke vrouw ben en dat ze daardoor weinig voor mij kan betekenen. Ik krijg wel een ademhalingstechniek mee om mijn linker- en rechterhersenhelft weer met elkaar in contact te brengen. Dat creëert een gewaarwording van ruimte in mijn hoofd, dat zeker wel. Maar het is wel nog steeds enkel dààr… in mijn hoofd. Mijn hart blijft schijnbaar onbereikbaar.

Huilen kan ik al een hele tijd niet meer, hooguit één traan, misschien twee. Het zit danig vast allemaal. Daar heb ik zelf voor gezorgd, dat besef ik heel duidelijk. De vraag waarop ik maar geen antwoord vind, wurmt zich wel meer en meer naar de voorgrond: ‘Hoe krijg ik het weer los?’ Ik heb to-tààl geen idee. Tot die Kerstdag in 2016.

Iets onbenulligs brengt me op een fractie van een seconde op de rand van de waanzin. Voor de ogen van mijn verbijsterde ouders, manlief en onze vier kinderen barst ik uit als een supervolkaan. Ik roep. Ik brul. Wàt een ontploffing! De weggemoffelde emoties van jaren worstelen om financieel en mentaal overeind te blijven, vliegen naar buiten. Als een piroclastische wolk rollen de naweeën eruit van alle frustraties om de immense energie die het me gekost heeft om een echtgenote, mama, dochter en vriendin te blijven waarop een mens kan bouwen, ondanks alle onzekerheden en bedreigingen die ons dagelijkse leven veel te lang kleurden. Al die gevoelens waarvan ik zo lang schrik heb gehad dat ze alles zouden verteren en geen spaander van me heel zouden laten, het is alsof ze allemaal tegelijk naar buiten worden gekatapulteerd. Hevig geschrokken van mezelf ontvlucht ik het familiefeest, de auto in, met de sleutel al in het contact.

Waar kan ik naartoe? Waar wil ik heen? ‘Terug naar meZelf,’ voel ik heel duidelijk. Maar hoe geraak ik daar?!

En daar komt de stortvloed aan tranen. Het neemt bezit van mijn hele lichaam, dat voelbaar pijn doet van het krampachtig opkroppen, van het steeds weer blijven doorgaan, omdat ik veel te lang liever dàt deed dan mijn eigen pijn en kwetsbaarheid onder ogen zien.

Geen idee hoe lang ik in die koude auto heb gezeten. Schokschouderend van het hevige huilen. Trillend als een espenblad, niet van de kou maar van de loskomende emoties. Wanneer de huilbui over is en die inwendige storm weer is gaan liggen, keer ik met hangende pootjes terug naar binnen. Ik excuseer me voor de uitbarsting en het Kerstfeest wordt voorzichtig verder gezet.

Sinds die dag kan ik weer huilen. Ein-de-lijk. Een hele stap, want met elke traan mag ik iets loslaten dat er ook echt uit wil. Het betekende ook de turbulente en toch ook heel behoedzame ontdekking van een sluipweg tussen hoofd en hart.

De connectie tussen beide is nog steeds fragiel, het is zeker geen breedband, WiFi of 3G, maar ze ís er wél. Langzaamaan exploreer ik die sluipweg. Telkens ik er passeer, snoei ik een beetje weg van de wildernis die het pad zo lang overwoekerde.
verbinding-hoofd-hartZoals ik het aanvoel en ook voor me zie, wordt het een prachtig pad temidden van bloeiende bomen die ruisen in de zachte bries van mijn leven. Aan weerszijden omringd met prachtig groene struiken en kleurrijke planten. Een gekend en bekend stukje van mijn innerlijke tuin, een krachtige en veilige verbinding tussen mijn hoofd en mijn hart, een mooie verbondenheid tussen denken en voelen. Beide plaatsen zijn fijn om te vertoeven. En de weg daartussen is een heerlijkheid om te bewandelen.